Deuteronomium 29:6

SVBrood hebt gij niet gegeten, en wijn en sterken drank hebt gij niet gedronken; opdat gij wistet, dat Ik de HEERE, uw God, ben.
WLCלֶ֚חֶם לֹ֣א אֲכַלְתֶּ֔ם וְיַ֥יִן וְשֵׁכָ֖ר לֹ֣א שְׁתִיתֶ֑ם לְמַ֙עַן֙ תֵּֽדְע֔וּ כִּ֛י אֲנִ֥י יְהוָ֖ה אֱלֹהֵיכֶֽם׃
Trans.29:5 leḥem lō’ ’ăḵalətem wəyayin wəšēḵār lō’ šəṯîṯem ləma‘an tēḏə‘û kî ’ănî JHWH ’ĕlōhêḵem:

Algemeen

Zie ook: Bier, Wijn / most

Aantekeningen

Brood hebt gij niet gegeten, en wijn en sterken drank hebt gij niet gedronken; opdat gij wistet, dat Ik de HEERE, uw God, ben.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

לֶ֚חֶם

Brood

לֹ֣א

-

אֲכַלְתֶּ֔ם

hebt gij niet gegeten

וְ

-

יַ֥יִן

en wijn

וְ

-

שֵׁכָ֖ר

en sterken drank

לֹ֣א

-

שְׁתִיתֶ֑ם

hebt gij niet gedronken

לְמַ֙עַן֙

-

תֵּֽדְע֔וּ

opdat gij wistet

כִּ֛י

-

אֲנִ֥י

-

יְהוָ֖ה

dat Ik de HEERE

אֱלֹהֵיכֶֽם

uw God


Brood hebt gij niet gegeten, en wijn en sterken drank hebt gij niet gedronken; opdat gij wistet, dat Ik de HEERE, uw God, ben.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!